De monitoring van brede welvaart binnen dit internationaal raamwerk kent drie belangrijke uitgangspunten:
- De indicatoren worden onderverdeeld in dimensies 'hier en nu' (brede welvaart in het hier en nu), 'later' (sociaal, economisch, menselijk en natuurlijk kapitaal dat bepalend is voor ontwikkeling in de toekomst), en 'elders' (effecten van het handelen in het 'hier en nu' op andere regio's);
- De indicatoren zijn geselecteerd om inzicht te geven in brede welvaart van het individu of het huishouden, niet van de samenleving als geheel;
- De scores op de individuele indicatoren worden getoond, en niet opgeteld tot een samengestelde index (één alomvattend cijfer). De diverse aspecten van brede welvaart wegen voor ieder individu tenslotte verschillend; daarmee is weging een politieke actie. Vanuit analytisch oogpunt maakt een gemiddelde bovendien het onderscheid tussen positief en negatief scorende indicatoren onzichtbaar waardoor belangrijke inzichten verdwijnen.
Op verschillende aspecten van brede welvaart hebben overheden beperkt invloed, of is de invloed van overheidsbeleid indirect door de complexiteit van samenhangen (causaliteit). In de beleidspraktijk wordt monitoring van brede welvaart dan ook vooral gebruikt als analyse-instrument om opgaven te identificeren of te prioriteren, niet als verantwoordingsinstrument.