Hoofdstuk 4: De jaarrekening

4.7 Grondslagen van resultaatbepaling

Algemene uitkering
De uitkering uit het provinciefonds is conform de septembercirculaire.

Dividend
Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als baat genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar wordt gesteld.

Resultaatneming grondexploitatie (Hart van de Heuvelrug - Vliegbasis Soesterberg)
Door Provinciale Staten is vastgesteld dat alle “rode projecten” als één grondexploitatie kunnen worden gezien. Om te bepalen of sprake is van een lagere marktwaarde wordt de eindwaarde van de “rode projecten” in totaliteit beschouwd.
Voor winstneming geldt de percentage of completion methode (POC): voor zover gronden zijn verkocht en opbrengsten zijn gerealiseerd wordt tussentijds naar rato van de voortgang van de kosten en de opbrengsten winst genomen.
Indien aan de volgende voorwaarden is voldaan, bestaat er voldoende zekerheid om winst te kunnen nemen:

  1. Het resultaat op de grondexploitatie kan betrouwbaar worden ingeschat; én
  2. De grond (of het deelperceel) moet zijn verkocht; én
  3. De kosten zijn gerealiseerd (winst wordt naar rato van de realisatie gerealiseerd).

Voor de POC wordt de door de commissie BBV voorgeschreven berekeningswijze gehanteerd.

Afschrijving

De gehanteerde afschrijvingstermijnen en toegepaste systematiek van activeren zijn nader toegelicht in onderdeel 4.2 Grondslagen van de financiële verslaggevingsregels bij de onderdelen immateriële vaste activa en materiële vaste activa.

Opcenten Motorrijtuigenbelasting (MRB)
Er is sprake van een inherente onzekerheid met betrekking tot de baten vanuit de provinciale opcenten op de MRB. De motorrijtuigenbelasting wordt door de belastingdienst bij de burgers van de provincie Utrecht geïnd. De provincie Utrecht beschikt niet over het inzicht in de administratie van de belastingdienst en ontvangt geen zekerheid in de vorm van een accountantsverklaring van een onafhankelijke accountant bij de periodieke verantwoordingsinformatie van de belastingdienst.

Grondslag voor resultaatbepaling en waardering

De baten en lasten worden tenzij anders vermeld, toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben.

De lasten m.b.t. exploitatiesubsidies worden genomen in het jaar waarop de subsidie bijdraagt aan het exploitatietekort van de subsidieontvanger. Dit geldt tevens voor subsidies voor festivals (Cultuur en Erfgoed), OV-concessies en meerjarige natuursubsidies.

De lasten m.b.t. project- en activiteitensubsidies worden genomen in het jaar waarin de provincie de verplichting aangaat. Dit is het jaar waarin de subsidie wordt verleend c.q. de beschikking wordt verzonden, tenzij:

  • De subsidie op basis van de subsidiebeschikking expliciet toe te rekenen is aan volgende begrotingsjaren en/of subsidies waarbij het project start in een ander jaar dan het jaar waarin de beschikking wordt verzonden;
  • Per balansdatum reeds een betrouwbare schatting kan worden gemaakt van de eventueel terug te vorderen subsidie (dit wordt gecorrigeerd op de lastneming). Hierbij wordt een vordering opgenomen op de balans (inclusief correctie op de lasten) indien op een betrouwbare wijze kan worden ingeschat welk deel van de verleende subsidie zal worden ingetrokken dan wel lager zal worden vastgesteld. Indien geen betrouwbare inschatting gemaakt kan worden, dan wordt de vordering uit voorzichtigheid nog niet verantwoord.

Als gevolg van deze verantwoordingssystematiek bestaat er op balansdatum derhalve een onzekerheid ten aanzien van de exacte hoogte van de (nog te betalen) subsidies.

Deze pagina is gebouwd op 06/01/2021 13:15:46 met de export van 06/01/2021 13:04:33